'Eigenlijk hebben we een ondergrondse fietsparkeermachine gemaakt'

Hoe garandeer je dat het grootste openbaarvervoerknooppunt in Nederland goed bereikbaar blijft voor fietsers? En dat met een minimaal beslag op de kostbare beschikbare vierkante meters? In Utrecht wordt als onderdeel van de herontwikkeling Stationsgebied (CU2030) binnenkort gestart met het project Stationsplein Oost met daarin een ondergrondse stalling voor 12.500 fietsen. Volgens architect Stijn Rademakers de grootste overdekte fietsenstalling ter wereld.

De openbaarvervoerterminal (OVT) van Utrecht krijgt dagelijks meer bezoekers te verwerken dan Schiphol op de drukste dag van het jaar. Duizenden Utrechters komen per fiets naar de OVT. In het masterplan Stationsgebied wordt uitgegaan van in totaal tweeëntwintig duizend ov-gerelateerde fietsen en een additionele capaciteit van elfduizend fietsparkeerplekken elders in het stationsgebied. Een structurele oplossing is niet alleen van belang voor het centrumgebied, maar draagt ook bij aan de bereikbaarheid en het verblijfsklimaat van de hele stad. Een opgave waarvoor Ector Hoogstad Architecten een niet-alledaagse oplossing bedacht.

Rutger Siderius, projectleider namens de gemeente Utrecht: “De ambitie is om geen fietsen op het maaiveld te hoeven stallen, maar tegelijkertijd wel een goed bereikbare stalling te realiseren. In de oorspronkelijke plannen was sprake van een fietsflat boven het tramstation. Het bleek echter een continue worsteling om daar het juiste ontwerp voor te bedenken. Na raadpleging van allerlei partijen kwamen we tot de conclusie dat het veel handiger zou zijn de straat mee omhoog te nemen naar de entree van de OVT en de ruimte daaronder te benutten voor fietsen.”

Stijn Rademakers, leider van het ontwerpteam van Ector Hoogstad Architecten: “In het programma van eisen stond dus een verhoogd plein, waarop de straten in noord-zuidrichting doodliepen. We hebben geprobeerd continuïteit in die overgang te brengen en de straat ingrijpend veranderd. Daar zijn we op geselecteerd. Verder hebben we ten opzichte van het masterplan de rooilijn van het verhoogde plein verschoven, waardoor de OVT ook ruimtelijk is opgewaardeerd tot een belangrijke bestemming in het gebied. Er is nu sprake van een natuurlijke loop recht op de OVT af. Ten opzichte van de oorspronkelijke plannen is het verhoogde plein een stuk groter geworden, wat ook nodig is om de fietsen te kunnen bergen.”

Niet afstappen
Stijn Rademakers: “Het was essentieel dat we tot een ontwerp zouden komen waarbij fietsers niet aan het begin van de stalling hoefden af te stappen. Dat zou een veel te lange doorlooptijd opleveren. Dat leidde tot een heel ander concept dan de meeste andere stallingen.” Aan de hand van tekeningen schetst Rademakers een beeld van een fietsrotonde over drie lagen. Geholpen door informatieborden kiest de fietser bij binnenkomst een route. De kelderverdieping geeft rechtstreeks toegang tot de perrons en is ideaal voor forensen. De bovenste verdieping brengt de reiziger snel op het +1-niveau van de OVT. Elke verdieping heeft een fietsrotonde rondom de stallingen. Per blok is aangegeven waar vrije plekken beschikbaar zijn. De fietser stapt pas enkele meters voor de stalling af. De rijbaan van de rotonde is breed genoeg voor een doorlopende strook en een zogeheten afstapstrook, zodat de twee verkeersstromen elkaar niet in de weg zitten. Centraal op elke verdieping is de voetgangersontsluiting die toegang geeft tot drie opgangen.

(Beeld: Ector Hoogstad Architecten)

Prettig verblijfsklimaat

In feite is alleen de kelderverdieping van de garage echt ondergronds. Maar de +1-ligging van de OVT en het aansluitende winkelgebied van Hoog Catharijne geven van buitenaf de beleving van een volledig ondergronds bouwwerk. De ruimte onder het verhoogde plein heeft naast de fietsenberging ook nog een andere functie. De expeditie van een deel van winkelcentrum Hoog Catharijne, de OVT en een paviljoen op het plein, zijn eveneens onder het plein ondergebracht. Het feit dat de middelste laag zich op maaiveldniveau bevindt, maakt het mogelijk vensters op het bus- en tramstation te maken en om volop gebruik te maken van daglicht. De beleving is overdekt, maar niet ondergronds.

Het toegankelijke ontwerp moet ertoe leiden dat de stalling het meest aantrekkelijke alternatief is en dat fietsers dus afzien van parkeren op het maaiveld. Strikte handhaving zal naar verwachting echter wel nodig blijven. Rutger Siderius: “Het gaat erom de fietsers te verleiden de stalling te gebruiken. Dan gaat het allereerst om de locatie: direct naast de bestemming. Ten tweede om gemakkelijke toegang vanaf het doorgaande fietspad tot de middenverdieping en de directe scheiding van fietsers die naar de perrons willen en degenen die naar de OVT willen.” Stijn Rademakers: “Het idee is dat iedereen vanzelf zijn weg vindt. In feite hebben we een ondergrondse fietsparkeermachine gemaakt.”

Rutger Siderius: “We hebben heel veel deskundigen bij dit project betrokken, van NS, ProRail, maar ook de Fietsersbond. Verder hebben we de stalling op de computer gesimuleerd. Het beeld dat daaruit naar voren komt, bevestigt dat dit zou moeten werken. Een groot voordeel is dat we bestemmingsverkeer en doorgaand verkeer hebben ontkoppeld. De verwachting is dat dat helpt om fietsers tot vaste patronen te verleiden.”